berokkenen

Conjugations List of Berokkenen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikberokkenberokkendeheb berokkend
jij, je, uberokkentberokkendehebt berokkend
hij, zij, hetberokkentberokkendeheeft berokkend
wijberokkenenberokkendenhebben berokkend
jullieberokkenenberokkendenhebben berokkend
zij, zeberokkenenberokkendenhebben berokkend

Presens
Beta

Example presens sentences for Berokkenen with some of the pronouns.

  • Hij berokkent schade aan het voertuig.
  • Zij berokkenen problemen voor zichzelf.
  • De brandstofvervuiling berokkent schade aan het milieu.
  • Ik berokken geen pijn aan anderen.
  • Jullie berokkenen hinder voor de omwonenden.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Berokkenen with some of the pronouns.

  • Hij berokkende schade aan het voertuig.
  • Zij berokkenden problemen voor zichzelf.
  • De brandstofvervuiling berokkende schade aan het milieu.
  • Ik berokkende geen pijn aan anderen.
  • Jullie berokkenden hinder voor de omwonenden.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Berokkenen with some of the pronouns.

  • Hij heeft schade berokkend aan het voertuig.
  • Zij hebben problemen voor zichzelf berokkend.
  • De brandstofvervuiling heeft schade berokkend aan het milieu.
  • Ik heb geen pijn berokkend aan anderen.
  • Jullie hebben hinder berokkend voor de omwonenden.