bestoken
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | bestook | bestookte | heb bestookt |
jij, je, u | bestookt | bestookte | hebt bestookt |
hij, zij, het | bestookt | bestookte | heeft bestookt |
wij | bestoken | bestookten | hebben bestookt |
jullie | bestoken | bestookten | hebben bestookt |
zij, ze | bestoken | bestookten | hebben bestookt |
PresensBeta
Example presens sentences for Bestoken with some of the pronouns.
- Ik bestook mijn leerlingen met informatie over de Nederlandse grammatica.
- Jij bestookt de lezer met interessante feiten.
- Hij bestookt zijn vrienden met vragen.
- Wij bestoken de jury met argumenten.
- Zij bestoken het publiek met indrukwekkende optredens.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Bestoken with some of the pronouns.
- Ik bestookte mijn leerlingen met informatie over de Nederlandse grammatica.
- Jij bestookte de lezer met interessante feiten.
- Hij bestookte zijn vrienden met vragen.
- Wij bestookten de jury met argumenten.
- Zij bestookten het publiek met indrukwekkende optredens.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Bestoken with some of the pronouns.
- Ik heb mijn leerlingen met informatie over de Nederlandse grammatica bestookt.
- Jij hebt de lezer met interessante feiten bestookt.
- Hij heeft zijn vrienden met vragen bestookt.
- Wij hebben de jury met argumenten bestookt.
- Zij hebben het publiek met indrukwekkende optredens bestookt.