bevaren

Conjugations List of Bevaren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikbevaarbevoerheb bevaren
jij, je, ubevaartbevoerhebt bevaren
hij, zij, hetbevaartbevoerheeft bevaren
wijbevarenbevoerenhebben bevaren
julliebevarenbevoerenhebben bevaren
zij, zebevarenbevoerenhebben bevaren

Presens
Beta

Example presens sentences for Bevaren with some of the pronouns.

  • Ik vaar de rivier bevaren.
  • Jij vaart de zee bevaren.
  • Hij/Zij vaart het kanaal bevaren.
  • Wij varen de meren bevaren.
  • Zij varen de oceanen bevaren.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Bevaren with some of the pronouns.

  • Ik bevoer de rivier.
  • Jij bevoer de zee.
  • Hij/Zij bevoer het kanaal.
  • Wij bevoeren de meren.
  • Zij bevoeren de oceanen.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Bevaren with some of the pronouns.

  • Ik heb de rivier bevaren.
  • Jij hebt de zee bevaren.
  • Hij/Zij heeft het kanaal bevaren.
  • Wij hebben de meren bevaren.
  • Zij hebben de oceanen bevaren.