bijpompen

Conjugations List of Bijpompen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikpomp bijpompte bijheb bijgepompt
jij, je, upompt bijpompte bijhebt bijgepompt
hij, zij, hetpompt bijpompte bijheeft bijgepompt
wijpompen bijpompten bijhebben bijgepompt
julliepompen bijpompten bijhebben bijgepompt
zij, zepompen bijpompten bijhebben bijgepompt

Presens
Beta

Example presens sentences for Bijpompen with some of the pronouns.

  • Ik pomp bij tijdens het sporten.
  • Jij pompt bij in de tuin.
  • Hij/Zij pompt bij om de ballon op te blazen.
  • Wij pompen bij voor extra lucht in de band.
  • Jullie pompen bij om het zwembad te vullen.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Bijpompen with some of the pronouns.

  • Ik pompte bij tijdens het sporten.
  • Jij pompte bij in de tuin.
  • Hij/Zij pompte bij om de ballon op te blazen.
  • Wij pompten bij voor extra lucht in de band.
  • Jullie pompten bij om het zwembad te vullen.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Bijpompen with some of the pronouns.

  • Ik heb bijgepompt tijdens het sporten.
  • Jij hebt bijgepompt in de tuin.
  • Hij/Zij heeft bijgepompt om de ballon op te blazen.
  • Wij hebben bijgepompt voor extra lucht in de band.
  • Jullie hebben bijgepompt om het zwembad te vullen.