codificeren

Conjugations List of Codificeren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikcodificeercodificeerdeheb gecodificeerd
jij, je, ucodificeertcodificeerdehebt gecodificeerd
hij, zij, hetcodificeertcodificeerdeheeft gecodificeerd
wijcodificerencodificeerdenhebben gecodificeerd
julliecodificerencodificeerdenhebben gecodificeerd
zij, zecodificerencodificeerdenhebben gecodificeerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Codificeren with some of the pronouns.

  • Ik codeer de gegevens in het systeem.
  • Jij codeert de software voor het nieuwe project.
  • Hij codificeert de informatie volgens de nieuwe normen.
  • Wij coderen de bestanden zorgvuldig.
  • Zij codificeren de communicatieprotocollen van het netwerk.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Codificeren with some of the pronouns.

  • Ik codeerde de gegevens in het systeem.
  • Jij codeerde de software voor het nieuwe project.
  • Hij codificeerde de informatie volgens de nieuwe normen.
  • Wij codeerden de bestanden zorgvuldig.
  • Zij codificeerden de communicatieprotocollen van het netwerk.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Codificeren with some of the pronouns.

  • Ik heb de gegevens gecodeerd in het systeem.
  • Jij hebt de software voor het nieuwe project gecodeerd.
  • Hij heeft de informatie volgens de nieuwe normen gecodificeerd.
  • Wij hebben de bestanden zorgvuldig gecodeerd.
  • Zij hebben de communicatieprotocollen van het netwerk gecodificeerd.