coproduceren

Conjugations List of Coproduceren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikcoproduceercoproduceerdeheb gecoproduceerd
jij, je, ucoproduceertcoproduceerdehebt gecoproduceerd
hij, zij, hetcoproduceertcoproduceerdeheeft gecoproduceerd
wijcoproducerencoproduceerdenhebben gecoproduceerd
julliecoproducerencoproduceerdenhebben gecoproduceerd
zij, zecoproducerencoproduceerdenhebben gecoproduceerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Coproduceren with some of the pronouns.

  • Ik coproduceer films met internationale regisseurs.
  • Jij coproduceert documentaires met lokale omroepen.
  • Hij/Zij/Het coproduceert theaterstukken met bekende acteurs.
  • Wij coproduceren televisieseries voor verschillende streamingdiensten.
  • Jullie coproduceren muziekalbums met opkomende artiesten.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Coproduceren with some of the pronouns.

  • Ik coproduceerde films met internationale regisseurs.
  • Jij coproduceerde documentaires met lokale omroepen.
  • Hij/Zij/Het coproduceerde theaterstukken met bekende acteurs.
  • Wij coproduceerden televisieseries voor verschillende streamingdiensten.
  • Jullie coproduceerden muziekalbums met opkomende artiesten.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Coproduceren with some of the pronouns.

  • Ik heb films gecoproduceerd met internationale regisseurs.
  • Jij hebt documentaires gecoproduceerd met lokale omroepen.
  • Hij/Zij/Het heeft theaterstukken gecoproduceerd met bekende acteurs.
  • Wij hebben televisieseries gecoproduceerd voor verschillende streamingdiensten.
  • Jullie hebben muziekalbums gecoproduceerd met opkomende artiesten.