cyclostyleren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | cyclostyleer | cyclostyleerde | heb gecyclostyleerd |
jij, je, u | cyclostyleert | cyclostyleerde | hebt gecyclostyleerd |
hij, zij, het | cyclostyleert | cyclostyleerde | heeft gecyclostyleerd |
wij | cyclostyleren | cyclostyleerden | hebben gecyclostyleerd |
jullie | cyclostyleren | cyclostyleerden | hebben gecyclostyleerd |
zij, ze | cyclostyleren | cyclostyleerden | hebben gecyclostyleerd |
PresensBeta
Example presens sentences for Cyclostyleren with some of the pronouns.
- Ik cyclostyleer de brieven elke dag.
- Jij cyclostyleert de documenten in de ochtend.
- Hij/Zij cyclostyleert de verslagen voor de vergadering.
- Wij cyclostyleren de formulieren zorgvuldig.
- Jullie cyclostyleren de handleidingen snel en efficiƫnt.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Cyclostyleren with some of the pronouns.
- Vroeger cyclostyleerde ik de rapporten met de hand.
- Toen ik op school zat, cyclostyleerde ik mijn aantekeningen altijd.
- Hij/Zij cyclostyleerde de papieren terwijl ik aan het typen was.
- Wij cyclostyleerden de belangrijke documenten regelmatig.
- Jullie cyclostyleerden de handleidingen tijdens de lunchpauze.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Cyclostyleren with some of the pronouns.
- Ik heb gecyclostylerd voordat ik naar huis ging.
- Jij hebt de brieven al gecyclostylerd.
- Hij/Zij heeft de documenten vorige week gecyclostylerd.
- Wij hebben de verslagen net gecyclostylerd.
- Jullie hebben de formulieren al gecyclostylerd.