desinvesteren

Conjugations List of Desinvesteren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikdesinvesteerdesinvesteerdeheb gedesinvesteerd
jij, je, udesinvesteertdesinvesteerdehebt gedesinvesteerd
hij, zij, hetdesinvesteertdesinvesteerdeheeft gedesinvesteerd
wijdesinvesterendesinvesteerdenhebben gedesinvesteerd
julliedesinvesterendesinvesteerdenhebben gedesinvesteerd
zij, zedesinvesterendesinvesteerdenhebben gedesinvesteerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Desinvesteren with some of the pronouns.

  • Ik desinvesteer in het bedrijf.
  • Jij desinvesteert in vastgoed.
  • Hij/zij desinvesteert in duurzame energie.
  • Wij desinvesteren in aandelen.
  • Zij desinvesteren in de technologie-industrie.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Desinvesteren with some of the pronouns.

  • Vroeger desinvesteerde ik in onroerend goed.
  • Als student desinvesteerde jij in je vrije tijd.
  • Toen hij/zij werkloos was, desinvesteerde hij/zij in zijn/haar pensioenfonds.
  • In die periode desinvesteerden wij in de financiĆ«le markt.
  • Tijdens de crisis desinvesteerden zij in hun bedrijf.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Desinvesteren with some of the pronouns.

  • Ik heb gedesinvesteerd in mijn oude auto.
  • Jij hebt desinvesteren in die start-up.
  • Hij/zij heeft desinvesteerd in zijn spaargeld.
  • Wij hebben desinvesteerd in het nieuwe project.
  • Zij hebben gedesinvesteerd in hun studie.