distilleren

Conjugations List of Distilleren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikdistilleerdistilleerdeheb gedistilleerd
jij, je, udistilleertdistilleerdehebt gedistilleerd
hij, zij, hetdistilleertdistilleerdeheeft gedistilleerd
wijdistillerendistilleerdenhebben gedistilleerd
julliedistillerendistilleerdenhebben gedistilleerd
zij, zedistillerendistilleerdenhebben gedistilleerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Distilleren with some of the pronouns.

  • Ik distilleer alcoholische dranken in mijn vrije tijd.
  • Jij distilleert het water om het te zuiveren.
  • Hij distilleert etherische oliën uit planten.
  • Wij distilleren onze eigen jenever in de distilleerderij.
  • Zij distilleren graan voor de productie van whisky.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Distilleren with some of the pronouns.

  • Vroeger distilleerde ik vaak zelfgemaakte likeuren.
  • Toen ik jong was, distilleerde ik mijn eigen sterkedrank.
  • Hij distilleerde regelmatig zijn eigen wijn in de oude destilleerketel.
  • Wij distilleerden vroeger thuis kruidenbitters.
  • In die tijd distilleerden zij brandewijn uit fruit.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Distilleren with some of the pronouns.

  • Ik heb alcoholische dranken gedistilleerd tijdens mijn vakantie.
  • Jij hebt het water gedistilleerd om het te zuiveren.
  • Hij heeft etherische oliën uit planten gedistilleerd.
  • Wij hebben onze eigen jenever in de distilleerderij gedistilleerd.
  • Zij hebben graan gedistilleerd voor de productie van whisky.