enquêteren

Conjugations List of Enquêteren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikenquêteerenquêteerdeheb geënquêteerd
jij, je, uenquêteertenquêteerdehebt geënquêteerd
hij, zij, hetenquêteertenquêteerdeheeft geënquêteerd
wijenquêterenenquêteerdenhebben geënquêteerd
jullieenquêterenenquêteerdenhebben geënquêteerd
zij, zeenquêterenenquêteerdenhebben geënquêteerd

Presens

Example presens sentences for Enquêteren with some of the pronouns.

  • Ik enqueteer over de kwaliteit van het onderwijs.
  • Jij enqueteert regelmatig bij je leerlingen.
  • Hij/Zij enquêteert de klanten over hun tevredenheid.
  • Wij enqueteeren voor ons onderzoek naar sociale media.
  • Jullie enqueteeren deelnemers aan het evenement.

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Enquêteren with some of the pronouns.

  • Ik enquêteerde vorig jaar de ouders over de schoolmaaltijden.
  • Jij enquêteerde regelmatig tijdens je vorige baan.
  • Hij/Zij enquêteerde de leden van de vereniging in het verleden.
  • Wij enquêteerden de bezoekers tijdens het evenement.
  • Jullie enquêteerden de bewoners over verkeersveiligheid.

Perfectum

Example perfectum sentences for Enquêteren with some of the pronouns.

  • Ik heb geënquêteerd over de tevredenheid van de studenten.
  • Jij hebt al enquêtes afgenomen bij verschillende bedrijven.
  • Hij/Zij heeft de consumenten geënquêteerd over hun aankoopgedrag.
  • Wij hebben enquêtes gehouden onder de medewerkers.
  • Jullie hebben de meningen van deelnemers gepeild door te enquêteren.