europeaniseren

Conjugations List of Europeaniseren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikeuropeaniseereuropeaniseerdeheb geëuropeaniseerd
jij, je, ueuropeaniseerteuropeaniseerdehebt geëuropeaniseerd
hij, zij, heteuropeaniseerteuropeaniseerdeheeft geëuropeaniseerd
wijeuropeanisereneuropeaniseerdenhebben geëuropeaniseerd
jullieeuropeanisereneuropeaniseerdenhebben geëuropeaniseerd
zij, zeeuropeanisereneuropeaniseerdenhebben geëuropeaniseerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Europeaniseren with some of the pronouns.

  • Ik europeaniseer mijn lessen om Europese thema's te integreren.
  • Jij europeaniseert je lesmateriaal voor een breder perspectief.
  • Hij/Zij/Het europeaniseert de curriculuminhoud van de school.
  • Wij europeaniseren onze onderwijsbenadering om internationale studenten aan te trekken.
  • Jullie europeaniseren de lesmethoden om culturele diversiteit te bevorderen.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Europeaniseren with some of the pronouns.

  • Ik europeaniseerde mijn lessen om Europese thema's te integreren.
  • Jij europeaniseerde je lesmateriaal voor een breder perspectief.
  • Hij/Zij/Het europeaniseerde de curriculuminhoud van de school.
  • Wij europeaniseerden onze onderwijsbenadering om internationale studenten aan te trekken.
  • Jullie europeaniseerden de lesmethoden om culturele diversiteit te bevorderen.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Europeaniseren with some of the pronouns.

  • Ik heb mijn lessen geëuropeaniseerd om Europese thema's te integreren.
  • Jij hebt je lesmateriaal geëuropeaniseerd voor een breder perspectief.
  • Hij/Zij/Het heeft de curriculuminhoud van de school geëuropeaniseerd.
  • Wij hebben onze onderwijsbenadering geëuropeaniseerd om internationale studenten aan te trekken.
  • Jullie hebben de lesmethoden geëuropeaniseerd om culturele diversiteit te bevorderen.