inclineren

Conjugations List of Inclineren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikinclineerinclineerdeben geïnclineerd
jij, je, uinclineertinclineerdebent geïnclineerd
hij, zij, hetinclineertinclineerdeis geïnclineerd
wijinclinereninclineerdenzijn geïnclineerd
jullieinclinereninclineerdenzijn geïnclineerd
zij, zeinclinereninclineerdenzijn geïnclineerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Inclineren with some of the pronouns.

  • Ik inclineer graag naar nieuwe ideeën.
  • Jij inclineert altijd naar compromissen.
  • Hij/Zij inclineert naar een conservatieve benadering van het probleem.
  • Wij inclineren naar een duurzame oplossing.
  • Jullie inclineren sterk naar een andere aanpak.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Inclineren with some of the pronouns.

  • Ik inclineerde vroeger meer naar traditionele waarden.
  • Jij inclineerde altijd naar de makkelijkste optie.
  • Hij/Zij inclineerde naar een andere oplossing dan wij.
  • Wij inclineerden naar een meer inclusieve aanpak.
  • Jullie inclineerden vaak naar dezelfde keuzes.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Inclineren with some of the pronouns.

  • Ik heb geïnclineerd naar zijn suggestie.
  • Jij bent geïnclineerd naar een meer flexibele houding.
  • Hij/Zij is geïnclineerd geweest om toe te geven.
  • Wij zijn geïnclineerd naar een gezamenlijke beslissing.
  • Jullie zijn geïnclineerd geweest om te experimenteren.