inhuren

Conjugations List of Inhuren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikhuur inhuurde inheb ingehuurd
jij, je, uhuurt inhuurde inhebt ingehuurd
hij, zij, hethuurt inhuurde inheeft ingehuurd
wijhuren inhuurden inhebben ingehuurd
julliehuren inhuurden inhebben ingehuurd
zij, zehuren inhuurden inhebben ingehuurd

Presens
Beta

Example presens sentences for Inhuren with some of the pronouns.

  • Ik huur een ontwerper in voor mijn project.
  • Jij huurt regelmatig freelancers in voor jouw bedrijf.
  • Hij/zij huurt een klusjesman in om het huis te renoveren.
  • Wij huren een nieuwe medewerker in voor ons team.
  • Jullie huren een cateringservice in voor het feest.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Inhuren with some of the pronouns.

  • Vroeger huurden we vaak externe consultants in voor advies.
  • Toen ik nog jong was, huurde ik altijd een fiets in tijdens vakanties.
  • Mijn ouders huurden een camper in voor de zomervakantie.
  • We huurden een boot in om een dagje te gaan varen op het meer.
  • Jullie huurden een vakantiehuisje in aan de kust voor de zomervakantie.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Inhuren with some of the pronouns.

  • Ik heb een vertaler ingehuurd voor de internationale conferentie.
  • Jij hebt vorige week een loodgieter ingehuurd om de lekkage te repareren.
  • Hij/zij heeft een personal trainer ingehuurd om fitter te worden.
  • Wij hebben een consultant ingehuurd om ons bedrijf te helpen groeien.
  • Jullie hebben een schoonmaakploeg ingehuurd voor de grote schoonmaak.