inleven

Conjugations List of Inleven.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikleef inleefde inheb ingeleefd
jij, je, uleeft inleefde inhebt ingeleefd
hij, zij, hetleeft inleefde inheeft ingeleefd
wijleven inleefden inhebben ingeleefd
jullieleven inleefden inhebben ingeleefd
zij, zeleven inleefden inhebben ingeleefd

Presens
Beta

Example presens sentences for Inleven with some of the pronouns.

  • Ik leef me in in de situatie van anderen.
  • Hij leeft zich altijd in voordat hij een beslissing neemt.
  • Zij leeft zich volledig in bij het lezen van een boek.
  • Wij leven ons in in de behoeften van onze klanten.
  • Jullie leven je in in verschillende culturen tijdens jullie reizen.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Inleven with some of the pronouns.

  • Ik leefde me vroeger meer in in de gevoelens van anderen.
  • Hij leefde zich niet goed in in de problemen van zijn collega's.
  • Zij leefde zich intensief in in het onderwerp van haar scriptie.
  • Wij leefden ons altijd volledig in in de sportwedstrijden die we speelden.
  • Jullie leefden je in in de geschiedenis van het land waar je woonde.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Inleven with some of the pronouns.

  • Ik heb me ingeleefd in de problemen van mijn vriend.
  • Hij is zich ingeleefd in de rol van een politieagent voor de film.
  • Zij heeft zich in het verleden nooit echt ingeleefd in haar werk.
  • Wij zijn ons ingeleefd in de cultuur van het land dat we bezochten.
  • Jullie hebben je altijd goed ingeleefd in nieuwe situaties.