kanaliseren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | kanaliseer | kanaliseerde | heb gekanaliseerd |
jij, je, u | kanaliseert | kanaliseerde | hebt gekanaliseerd |
hij, zij, het | kanaliseert | kanaliseerde | heeft gekanaliseerd |
wij | kanaliseren | kanaliseerden | hebben gekanaliseerd |
jullie | kanaliseren | kanaliseerden | hebben gekanaliseerd |
zij, ze | kanaliseren | kanaliseerden | hebben gekanaliseerd |
PresensBeta
Example presens sentences for Kanaliseren with some of the pronouns.
- Ik kanaliseer mijn energie in mijn werk.
- Jij kanaliseert je creativiteit door te schilderen.
- Hij kanaliseert zijn emoties door te sporten.
- Zij kanaliseren hun passie in vrijwilligerswerk.
- Wij kanaliseren onze gedachten door meditatie.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Kanaliseren with some of the pronouns.
- Vroeger konaliseerde ik mijn energie in mijn werk.
- Vroeger konaliseerde jij je creativiteit door te schilderen.
- Vroeger konaliseerde hij zijn emoties door te sporten.
- Vroeger konaliseerden zij hun passie in vrijwilligerswerk.
- Vroeger konaliseerden wij onze gedachten door meditatie.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Kanaliseren with some of the pronouns.
- Ik heb mijn energie gekanaliseerd in mijn werk.
- Jij hebt je creativiteit gekanaliseerd door te schilderen.
- Hij heeft zijn emoties gekanaliseerd door te sporten.
- Zij hebben hun passie gekanaliseerd in vrijwilligerswerk.
- Wij hebben onze gedachten gekanaliseerd door meditatie.