kerven

Conjugations List of Kerven.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikkerfkorf;kerfdeheb gekorven;heb gekerfd
jij, je, ukerftkorf;kerfdehebt gekorven;hebt gekerfd
hij, zij, hetkerftkorf;kerfdeheeft gekorven;heeft gekerfd
wijkervenkorven;kerfdenhebben gekorven;hebben gekerfd
julliekervenkorven;kerfdenhebben gekorven;hebben gekerfd
zij, zekervenkorven;kerfdenhebben gekorven;hebben gekerfd

Presens
Beta

Example presens sentences for Kerven with some of the pronouns.

  • Ik kerf een mooie tekening in het hout.
  • Jij kerft je initialen in de boomstam.
  • Hij kerft een patroon in het leer.
  • Zij kerft een hartje in de schors van de boom.
  • We kerfen onze namen in het zand.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Kerven with some of the pronouns.

  • Vroeger kerfde ik vaak symbolen in mijn schoolbank.
  • Als kind kerfde jij graag figuren in de klei.
  • Hij kerfde zijn initialen in elke boom die hij tegenkwam.
  • Zij kerfden samen hartjes in de tafel tijdens hun romantische avond.
  • Vroeger kerfden we onze namen in de bankjes van het park.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Kerven with some of the pronouns.

  • Ik heb een prachtige afbeelding gekerfd in het hout.
  • Jij hebt je naam in steen gekerfd.
  • Hij heeft een ingewikkeld ontwerp gekerfd op het metaal.
  • Zij heeft een figuur gekerfd in het ijs.
  • We hebben een boodschap gekerfd in de bast van de boom.