koloniseren

Conjugations List of Koloniseren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikkoloniseerkoloniseerdeheb gekoloniseerd
jij, je, ukoloniseertkoloniseerdehebt gekoloniseerd
hij, zij, hetkoloniseertkoloniseerdeheeft gekoloniseerd
wijkoloniserenkoloniseerdenhebben gekoloniseerd
julliekoloniserenkoloniseerdenhebben gekoloniseerd
zij, zekoloniserenkoloniseerdenhebben gekoloniseerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Koloniseren with some of the pronouns.

  • Nederland koloniseert vroeger veel landen over de hele wereld.
  • De Europese landen koloniseren Afrika in de 19e eeuw.
  • Mensen discussiëren nog steeds over de erfenis van het koloniseren.
  • In het verleden koloniseren de Nederlanders delen van Azië, zoals Indonesië.
  • De geschiedenisboeken beschrijven hoe Europese naties andere continenten koloniseren.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Koloniseren with some of the pronouns.

  • Nederland koloniseerde veel landen tijdens de Gouden Eeuw.
  • De Europese landen koloniseerden grote delen van de wereld in het verleden.
  • In de 18e eeuw werden vele gebieden gekoloniseerd door Europese mogendheden.
  • Tijdens het proces van kolonisatie ontstonden er conflicten en geweld.
  • De kolonisatieperiode duurde eeuwenlang, met verstrekkende gevolgen.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Koloniseren with some of the pronouns.

  • Nederland heeft in het verleden verschillende landen gekoloniseerd.
  • De kolonisatie van Amerika door Europese machten is al lang geleden voltooid.
  • Na jaren van kolonisatie hebben de voormalige koloniën hun onafhankelijkheid verkregen.
  • De kolonisten hebben enorme schade toegebracht aan de culturen van de gekoloniseerde volkeren.
  • De impact van de kolonisatie wordt nog steeds gevoeld in de maatschappijen van voormalige koloniën.