lostornen

Conjugations List of Lostornen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
iktorn lostornde losheb losgetornd
jij, je, utornt lostornde loshebt losgetornd
hij, zij, hettornt lostornde losheeft losgetornd
wijtornen lostornden loshebben losgetornd
jullietornen lostornden loshebben losgetornd
zij, zetornen lostornden loshebben losgetornd

Presens
Beta

Example presens sentences for Lostornen with some of the pronouns.

  • Ik lostorn regelmatig papierwerk op mijn bureau.
  • Jij lostornt altijd de problemen van anderen.
  • Hij/zij lostornt met moed en vastberadenheid.
  • Wij lostornen de knopen in onze relaties.
  • Jullie lostornen de oude structuren en creëren iets nieuws.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Lostornen with some of the pronouns.

  • Ik lostoornde elke dag kleine problemen.
  • Jij lostoornde vroeger vaak conflicten.
  • Hij/zij lostoornde de fouten in het systeem.
  • Wij lostoornden langzaam maar gestaag aan ons project.
  • Jullie lostoornden altijd de obstakels op jullie pad.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Lostornen with some of the pronouns.

  • Ik heb losgetornd wat niet langer relevant was.
  • Jij hebt de verkeerde beslissingen losgetornd.
  • Hij/zij heeft het contract losgetornd.
  • Wij hebben de oude tradities losgetornd.
  • Jullie hebben de beperkingen losgetornd.