meebieden

Conjugations List of Meebieden.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikbied meebood meeheb meegeboden
jij, je, ubiedt meebood meehebt meegeboden
hij, zij, hetbiedt meebood meeheeft meegeboden
wijbieden meeboden meehebben meegeboden
julliebieden meeboden meehebben meegeboden
zij, zebieden meeboden meehebben meegeboden

Presens
Beta

Example presens sentences for Meebieden with some of the pronouns.

  • Ik bied mee op de veiling.
  • Jij biedt mee met de anderen.
  • Hij/Zij biedt mee voor het goede doel.
  • Wij bieden allemaal mee om de prijs te verhogen.
  • Jullie bieden altijd enthousiast mee.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Meebieden with some of the pronouns.

  • Ik bood altijd mee op de veilingen.
  • Jij deed vaak mee met de biedingen.
  • Hij/Zij bood geregeld mee voor het goede doel.
  • Wij boden vroeger altijd mee tijdens de veilingen.
  • Jullie deden enthousiast mee met het bieden.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Meebieden with some of the pronouns.

  • Ik heb meeboden op de veiling.
  • Jij hebt meegedaan aan de bieding.
  • Hij/Zij heeft ook meegeboden voor het goede doel.
  • Wij hebben allemaal actief meegedaan met bieden.
  • Jullie hebben fanatiek meegedaan met de veiling.