miszien

Conjugations List of Miszien.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikmisziemiszagheb miszien
jij, je, umiszietmiszaghebt miszien
hij, zij, hetmiszietmiszagheeft miszien
wijmiszienmiszagenhebben miszien
julliemiszienmiszagenhebben miszien
zij, zemiszienmiszagenhebben miszien

Presens
Beta

Example presens sentences for Miszien with some of the pronouns.

  • Ik miszie de trein vaak.
  • Jij misziet de details in het verhaal.
  • Hij misziet zijn kans om te scoren.
  • Wij miszien de belangrijke informatie.
  • Zij miszien de schoonheid van de natuur.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Miszien with some of the pronouns.

  • Ik miste de aanwijzingen.
  • Jij miste de afspraak.
  • Hij miste de hint.
  • Wij misten de deadline.
  • Zij misten de voorstelling.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Miszien with some of the pronouns.

  • Ik heb de fout miszien.
  • Jij hebt de gelegenheid miszien.
  • Hij heeft de waarschuwing miszien.
  • Wij hebben het probleem miszien.
  • Zij hebben de kans miszien.