nomineren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | nomineer | nomineerde | heb genomineerd |
jij, je, u | nomineert | nomineerde | hebt genomineerd |
hij, zij, het | nomineert | nomineerde | heeft genomineerd |
wij | nomineren | nomineerden | hebben genomineerd |
jullie | nomineren | nomineerden | hebben genomineerd |
zij, ze | nomineren | nomineerden | hebben genomineerd |
PresensBeta
Example presens sentences for Nomineren with some of the pronouns.
- Ik nomineer hem voor de prijs.
- Jij nomineert haar als beste actrice.
- Hij nomineert de film voor meerdere categorieën.
- Zij nomineren de band voor een muziekaward.
- Wij nomineren jou als vrijwilliger van het jaar.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Nomineren with some of the pronouns.
- Ik nomineerde hem voor de prijs.
- Jij nomineerde haar als beste actrice.
- Hij nomineerde de film voor meerdere categorieën.
- Zij nomineerden de band voor een muziekaward.
- Wij nomineerden jou als vrijwilliger van het jaar.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Nomineren with some of the pronouns.
- Ik heb hem genomineerd voor de prijs.
- Jij hebt haar als beste actrice genomineerd.
- Hij heeft de film voor meerdere categorieën genomineerd.
- Zij hebben de band voor een muziekaward genomineerd.
- Wij hebben jou als vrijwilliger van het jaar genomineerd.