ontspinnen

Conjugations List of Ontspinnen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikontspinontsponheb ontsponnen
jij, je, uontspintontsponhebt ontsponnen
hij, zij, hetontspintontsponheeft ontsponnen
wijontspinnenontsponnenhebben ontsponnen
jullieontspinnenontsponnenhebben ontsponnen
zij, zeontspinnenontsponnenhebben ontsponnen

Presens

Example presens sentences for Ontspinnen with some of the pronouns.

  • Ik ontspin een nieuw verhaal.
  • Jij ontspint je plan met enthousiasme.
  • Hij ontspint een ingewikkelde discussie.
  • Wij ontspinnen de draden voor het weefsel.
  • Zij ontspinnen hun strategie voor de wedstrijd.

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Ontspinnen with some of the pronouns.

  • Ik ontspinde regelmatig nieuwe verhalen.
  • Jij ontspinde je plannen met zorgvuldigheid.
  • Hij ontspinde vaak boeiende discussies.
  • Wij ontspinden de draden voor het weefsel met precisie.
  • Zij ontspinden hun strategieën voor de wedstrijden.

Perfectum

Example perfectum sentences for Ontspinnen with some of the pronouns.

  • Ik heb een interessant verhaal ontsponnen.
  • Jij hebt je plan met succes ontsponnen.
  • Hij heeft een boeiende discussie ontsponnen.
  • Wij hebben de draden voor het weefsel ontsponnen.
  • Zij hebben hun strategie voor de wedstrijd ontsponnen.