ontstoppen

Conjugations List of Ontstoppen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikontstopontstopteheb ontstopt
jij, je, uontstoptontstoptehebt ontstopt
hij, zij, hetontstoptontstopteheeft ontstopt
wijontstoppenontstoptenhebben ontstopt
jullieontstoppenontstoptenhebben ontstopt
zij, zeontstoppenontstoptenhebben ontstopt

Presens
Beta

Example presens sentences for Ontstoppen with some of the pronouns.

  • Ik ontstop de gootsteen met een ontstoppingsmiddel.
  • Jij ontstopt de afvoer regelmatig.
  • Hij/zij ontstopt de wc met een ontstoppingsveer.
  • Wij ontstoppen de riolering samen.
  • Zij ontstoppen de leidingen professioneel.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Ontstoppen with some of the pronouns.

  • Ik ontstopte de gootsteen met een ontstoppingsmiddel.
  • Jij ontstopte de afvoer regelmatig.
  • Hij/zij ontstopte de wc met een ontstoppingsveer.
  • Wij ontstopten de riolering samen.
  • Zij ontstopten de leidingen professioneel.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Ontstoppen with some of the pronouns.

  • Ik heb de gootsteen ontstopt met een ontstoppingsmiddel.
  • Jij hebt de afvoer regelmatig ontstopt.
  • Hij/zij heeft de wc ontstopt met een ontstoppingsveer.
  • Wij hebben de riolering samen ontstopt.
  • Zij hebben de leidingen professioneel ontstopt.