ontzenuwen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | ontzenuw | ontzenuwde | heb ontzenuwd |
jij, je, u | ontzenuwt | ontzenuwde | hebt ontzenuwd |
hij, zij, het | ontzenuwt | ontzenuwde | heeft ontzenuwd |
wij | ontzenuwen | ontzenuwden | hebben ontzenuwd |
jullie | ontzenuwen | ontzenuwden | hebben ontzenuwd |
zij, ze | ontzenuwen | ontzenuwden | hebben ontzenuwd |
PresensBeta
Example presens sentences for Ontzenuwen with some of the pronouns.
- Ik ontzenuw de tegenstander met mijn argumenten.
- Jij ontzenuwt zijn beweringen door feitelijke informatie te presenteren.
- Hij ontzenuwt de geruchten met een officiële verklaring.
- Wij ontzenuwen de vooroordelen door middel van educatie.
- Zij ontzenuwen de kritiek met succesvolle resultaten.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Ontzenuwen with some of the pronouns.
- Ik ontzenuwde de tegenstander met mijn argumenten.
- Jij ontzenuwde zijn beweringen door feitelijke informatie te presenteren.
- Hij ontzenuwde de geruchten met een officiële verklaring.
- Wij ontzenuwden de vooroordelen door middel van educatie.
- Zij ontzenuwden de kritiek met succesvolle resultaten.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Ontzenuwen with some of the pronouns.
- Ik heb de tegenstander ontzenuwd met mijn argumenten.
- Jij hebt zijn beweringen ontzenuwd door feitelijke informatie te presenteren.
- Hij heeft de geruchten ontzenuwd met een officiële verklaring.
- Wij hebben de vooroordelen ontzenuwd door middel van educatie.
- Zij hebben de kritiek ontzenuwd met succesvolle resultaten.