opontbieden
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | ontbied op | ontbood op | heb opontboden |
jij, je, u | ontbiedt op | ontbood op | hebt opontboden |
hij, zij, het | ontbiedt op | ontbood op | heeft opontboden |
wij | ontbieden op | ontboden op | hebben opontboden |
jullie | ontbieden op | ontboden op | hebben opontboden |
zij, ze | ontbieden op | ontboden op | hebben opontboden |
PresensBeta
Example presens sentences for Opontbieden with some of the pronouns.
- Ik bied op een prachtige vintage jurk.
- Jij biedt op de veiling mee.
- Hij biedt altijd te hoog.
- Zij bieden op het schilderij van Rembrandt.
- Wij bieden hulp aan mensen in nood.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Opontbieden with some of the pronouns.
- Ik bood op een prachtige vintage jurk.
- Jij bood op de veiling mee.
- Hij bood altijd te hoog.
- Zij boden op het schilderij van Rembrandt.
- Wij boden hulp aan mensen in nood.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Opontbieden with some of the pronouns.
- Ik heb op een prachtige vintage jurk geboden.
- Jij hebt op de veiling meeboden.
- Hij heeft altijd te hoog geboden.
- Zij hebben op het schilderij van Rembrandt geboden.
- Wij hebben hulp geboden aan mensen in nood.