optyfen
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | tyf op | tyfte op | ben opgetyft |
| jij, je, u | tyft op | tyfte op | bent opgetyft |
| hij, zij, het | tyft op | tyfte op | is opgetyft |
| wij | tyfen op | tyften op | zijn opgetyft |
| jullie | tyfen op | tyften op | zijn opgetyft |
| zij, ze | tyfen op | tyften op | zijn opgetyft |
Presens
Example presens sentences for Optyfen with some of the pronouns.
- Ik optief dagelijks mijn rommel op.
- Jij optieft altijd als het moeilijk wordt.
- Hij optieft vaak zonder reden.
- Zij optieft regelmatig naar de sportschool.
- Wij optieften gisteren samen uit de vergadering.
Imperfectum
Example imperfectum sentences for Optyfen with some of the pronouns.
- Ik optiefte altijd als ik genoeg had van de situatie.
- Jij optiefte vroeger heel snel als je boos was.
- Hij optiefte regelmatig tijdens de les.
- Zij optiefte elke keer als ze ruzie had met haar vriend.
- Wij optieften soms stiekem van school.
Perfectum
Example perfectum sentences for Optyfen with some of the pronouns.
- Ik ben opgetieft van het feest gisteravond.
- Jij hebt al lang opgetieft uit die baan.
- Hij is opgetieft voordat het probleem werd opgelost.
- Zij heeft opgetieft naar een ander land.
- Wij zijn opgetieft van die saaie bijeenkomst.