overschreeuwen

Conjugations List of Overschreeuwen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikoverschreeuwoverschreeuwdeheb overschreeuwd
jij, je, uoverschreeuwtoverschreeuwdehebt overschreeuwd
hij, zij, hetoverschreeuwtoverschreeuwdeheeft overschreeuwd
wijoverschreeuwenoverschreeuwdenhebben overschreeuwd
jullieoverschreeuwenoverschreeuwdenhebben overschreeuwd
zij, zeoverschreeuwenoverschreeuwdenhebben overschreeuwd

Presens

Example presens sentences for Overschreeuwen with some of the pronouns.

  • Ik overschreeuw
  • Jij overschreeuwt
  • Hij/Zij overschreeuwt
  • Wij overschreeuwen
  • Jullie overschreeuwen

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Overschreeuwen with some of the pronouns.

  • Ik overschreeuwde
  • Jij overschreeuwde
  • Hij/Zij overschreeuwde
  • Wij overschreeuwden
  • Jullie overschreeuwden

Perfectum

Example perfectum sentences for Overschreeuwen with some of the pronouns.

  • Ik heb overschreeuwd
  • Jij hebt overschreeuwd
  • Hij/Zij heeft overschreeuwd
  • Wij hebben overschreeuwd
  • Jullie hebben overschreeuwd