proefdraaien

Conjugations List of Proefdraaien.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikdraai proefdraaide proefheb proefgedraaid
jij, je, udraait proefdraaide proefhebt proefgedraaid
hij, zij, hetdraait proefdraaide proefheeft proefgedraaid
wijdraaien proefdraaiden proefhebben proefgedraaid
julliedraaien proefdraaiden proefhebben proefgedraaid
zij, zedraaien proefdraaiden proefhebben proefgedraaid

Presens
Beta

Example presens sentences for Proefdraaien with some of the pronouns.

  • Ik proefdraai elke ochtend voordat ik begin met werken.
  • Jij proefdraait altijd voordat je een nieuwe taak aanneemt.
  • Hij/Zij/Het proefdraait regelmatig om zijn/haar vaardigheden te verbeteren.
  • Wij proefdraaien vaak voordat we een presentatie geven.
  • Jullie proefdraaien meestal voorafgaand aan belangrijke evenementen.
  • Zij proefdraaien tijdens de repetities voor het toneelstuk.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Proefdraaien with some of the pronouns.

  • Vroeger proefdraaide ik altijd voordat ik iets nieuws probeerde.
  • Toen ik jong was, proefdraaide ik regelmatig op mijn instrument.
  • Hij/Zij/Het proefdraaide elke dag om zijn/haar kookvaardigheden te ontwikkelen.
  • Wij proefdraaiden vaak tijdens de oefensessies.
  • Jullie proefdraaiden gedurende de hele testperiode.
  • Zij proefdraaiden veel voordat ze het definitieve ontwerp kozen.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Proefdraaien with some of the pronouns.

  • Ik heb proefgedraaid voordat ik mijn beslissing nam.
  • Jij hebt al eerder proefgedraaid in vergelijkbare situaties.
  • Hij/Zij/Het heeft de machine uitvoerig geproefdraaid.
  • Wij hebben vooraf proefgedraaid om eventuele problemen te identificeren.
  • Jullie hebben al vaker proefgedraaid met deze methode.
  • Zij hebben de nieuwe software grondig proefgedraaid.