richten

Conjugations List of Richten.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikrichtrichtteheb gericht
jij, je, urichtrichttehebt gericht
hij, zij, hetrichtrichtteheeft gericht
wijrichtenrichttenhebben gericht
jullierichtenrichttenhebben gericht
zij, zerichtenrichttenhebben gericht

Presens
Beta

Example presens sentences for Richten with some of the pronouns.

  • Ik richt me op mijn studie.
  • Jij richt je op je werk.
  • Hij richt zich op de ontwikkeling van nieuwe technologieën.
  • Wij richten ons op duurzaamheid.
  • Zij richten zich op het verbeteren van de leefomgeving.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Richten with some of the pronouns.

  • Ik richtte me op mijn studie.
  • Jij richtte je op je werk.
  • Hij richtte zich op de ontwikkeling van nieuwe technologieën.
  • Wij richtten ons op duurzaamheid.
  • Zij richtten zich op het verbeteren van de leefomgeving.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Richten with some of the pronouns.

  • Ik heb me op mijn studie gericht.
  • Jij hebt je op je werk gericht.
  • Hij heeft zich op de ontwikkeling van nieuwe technologieën gericht.
  • Wij hebben ons op duurzaamheid gericht.
  • Zij hebben zich op het verbeteren van de leefomgeving gericht.