ronddartelen

Conjugations List of Ronddartelen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikdartel ronddartelde rondheb rondgedarteld
jij, je, udartelt ronddartelde rondhebt rondgedarteld
hij, zij, hetdartelt ronddartelde rondheeft rondgedarteld
wijdartelen ronddartelden rondhebben rondgedarteld
julliedartelen ronddartelden rondhebben rondgedarteld
zij, zedartelen ronddartelden rondhebben rondgedarteld

Presens
Beta

Example presens sentences for Ronddartelen with some of the pronouns.

  • De kinderen ronddartelen in de tuin.
  • Ik dartel graag rond in het park.
  • Jij dartelt vrolijk door de kamer.
  • Wij dartelen als vlinders in de lente.
  • Zij dartelen onbezorgd door het grasveld.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Ronddartelen with some of the pronouns.

  • De kinderen dartelden vrolijk in de tuin rond.
  • Ik dartelde graag rond in het park.
  • Jij dartelde vrolijk door de kamer.
  • Wij dartelden als vlinders in de lente rond.
  • Zij dartelden onbezorgd door het grasveld.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Ronddartelen with some of the pronouns.

  • De kinderen hebben in de tuin rondgedarteld.
  • Ik heb graag rondgedarteld in het park.
  • Jij hebt vrolijk door de kamer gedarteld.
  • Wij hebben als vlinders in de lente rondgedarteld.
  • Zij hebben onbezorgd door het grasveld gedarteld.