satureren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | satureer | satureerde | heb gesatureerd |
jij, je, u | satureert | satureerde | hebt gesatureerd |
hij, zij, het | satureert | satureerde | heeft gesatureerd |
wij | satureren | satureerden | hebben gesatureerd |
jullie | satureren | satureerden | hebben gesatureerd |
zij, ze | satureren | satureerden | hebben gesatureerd |
PresensBeta
Example presens sentences for Satureren with some of the pronouns.
- Ik satur eer de kleuren in mijn schilderijen.
- Jij satur eert de beelden voor de presentatie.
- Hij/Zij/Het satur eert het papier met inkt.
- Wij satur eren de stof om het waterafstotend te maken.
- Jullie satur eren de foto's voor de expositie.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Satureren with some of the pronouns.
- Ik satur eerde de kleuren in mijn schilderijen.
- Jij satur eerde de beelden voor de presentatie.
- Hij/Zij/Het satur eerde het papier met inkt.
- Wij satur eerden de stof om het waterafstotend te maken.
- Jullie satur eerden de foto's voor de expositie.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Satureren with some of the pronouns.
- Ik heb de kleuren in mijn schilderijen gesatur eerd.
- Jij hebt de beelden voor de presentatie gesatur eerd.
- Hij/Zij/Het heeft het papier met inkt gesatur eerd.
- Wij hebben de stof gesatur eerd zodat het waterafstotend is.
- Jullie hebben de foto's voor de expositie gesatur eerd.