sjorren

Conjugations List of Sjorren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
iksjorsjordeheb gesjord
jij, je, usjortsjordehebt gesjord
hij, zij, hetsjortsjordeheeft gesjord
wijsjorrensjordenhebben gesjord
julliesjorrensjordenhebben gesjord
zij, zesjorrensjordenhebben gesjord

Presens
Beta

Example presens sentences for Sjorren with some of the pronouns.

  • Ik sjor de touwen strak.
  • Jij sjort aan het zeil.
  • Hij sjort de lading vast.
  • Wij sjorren de boot naar de kade.
  • Zij sjorren de tentstokken stevig vast.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Sjorren with some of the pronouns.

  • Ik sjorde de touwen strak.
  • Jij sjorde aan het zeil.
  • Hij sjorde de lading vast.
  • Wij sjorden de boot naar de kade.
  • Zij sjorden de tentstokken stevig vast.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Sjorren with some of the pronouns.

  • Ik heb de touwen strak gesjord.
  • Jij hebt aan het zeil gesjord.
  • Hij heeft de lading vastgesjord.
  • Wij hebben de boot naar de kade gesjord.
  • Zij hebben de tentstokken stevig vastgesjord.