stilliggen

Conjugations List of Stilliggen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
iklig stillag stilheb stilgelegen
jij, je, uligt stillag stilhebt stilgelegen
hij, zij, hetligt stillag stilheeft stilgelegen
wijliggen stillagen stilhebben stilgelegen
jullieliggen stillagen stilhebben stilgelegen
zij, zeliggen stillagen stilhebben stilgelegen

Presens
Beta

Example presens sentences for Stilliggen with some of the pronouns.

  • De boot ligt nog steeds stil in de haven.
  • Mijn auto ligt nog steeds stil in de garage.
  • De treinen liggen nog steeds stil vanwege een storing.
  • De fabriek ligt al dagen stil door een staking.
  • Het vliegtuig ligt al uren stil op de landingsbaan.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Stilliggen with some of the pronouns.

  • De boot lag nog steeds stil toen ik langskwam.
  • Mijn auto lag lange tijd stil voordat hij gerepareerd werd.
  • De treinen lagen stil vanwege een seinstoring.
  • De fabriek lag regelmatig stil vanwege gebrek aan grondstoffen.
  • Het vliegtuig lag stil terwijl ze de passagiers aan boord brachten.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Stilliggen with some of the pronouns.

  • De boot heeft nog steeds stilgelegen sinds gisteren.
  • Mijn auto heeft stilgelegen vanwege een kapotte motor.
  • De treinen hebben stilgelegen door het slechte weer.
  • De fabriek heeft enkele weken stilgelegen voor onderhoud.
  • Het vliegtuig heeft lang stilgelegen vanwege technische problemen.