terechtkomen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | kom terecht | kwam terecht | heb terechtgekomen |
jij, je, u | komt terecht | kwam terecht | hebt terechtgekomen |
hij, zij, het | komt terecht | kwam terecht | heeft terechtgekomen |
wij | komen terecht | kwamen terecht | hebben terechtgekomen |
jullie | komen terecht | kwamen terecht | hebben terechtgekomen |
zij, ze | komen terecht | kwamen terecht | hebben terechtgekomen |
PresensBeta
Example presens sentences for Terechtkomen with some of the pronouns.
- Ik kom terecht in een nieuw avontuur.
- Jij komt terecht op de juiste plek.
- Hij/zij komt altijd terecht waar hij/zij wil zijn.
- Wij komen terecht bij mijn ouders vanavond.
- Jullie komen goed terecht met jullie plannen.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Terechtkomen with some of the pronouns.
- Ik kwam terecht in een vreemde stad.
- Jij kwam vaak terecht in moeilijke situaties.
- Hij/zij kwam plotseling terecht in financiƫle problemen.
- Wij kwamen onverwacht terecht in een file.
- Jullie kwamen gelukkig terecht op het juiste perron.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Terechtkomen with some of the pronouns.
- Ik ben terechtgekomen op het feest gisteravond.
- Jij bent eindelijk terechtgekomen in je nieuwe baan.
- Hij/zij is terechtgekomen in een lastige situatie.
- Wij zijn terechtgekomen in een prachtig vakantiehuis.
- Jullie zijn terechtgekomen op de plek waar we hadden afgesproken.