terugeisen

Conjugations List of Terugeisen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikeis terugeiste terugheb teruggeëist
jij, je, ueist terugeiste terughebt teruggeëist
hij, zij, heteist terugeiste terugheeft teruggeëist
wijeisen terugeisten terughebben teruggeëist
jullieeisen terugeisten terughebben teruggeëist
zij, zeeisen terugeisten terughebben teruggeëist

Presens
Beta

Example presens sentences for Terugeisen with some of the pronouns.

  • Ik eis mijn geld terug van die winkel.
  • Jij eist je recht op schadevergoeding terug.
  • Hij eist dat zijn gestolen spullen worden teruggegeven.
  • Zij eist een verontschuldiging van haar collega.
  • Wij eisen betere werkomstandigheden.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Terugeisen with some of the pronouns.

  • Ik eiste mijn geld terug van die winkel.
  • Jij eiste je recht op schadevergoeding terug.
  • Hij eiste dat zijn gestolen spullen werden teruggegeven.
  • Zij eiste een verontschuldiging van haar collega.
  • Wij eisten betere werkomstandigheden.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Terugeisen with some of the pronouns.

  • Ik heb mijn geld teruggeëist van die winkel.
  • Jij hebt je recht op schadevergoeding teruggeëist.
  • Hij heeft geëist dat zijn gestolen spullen worden teruggegeven.
  • Zij heeft een verontschuldiging van haar collega geëist.
  • Wij hebben betere werkomstandigheden geëist.