toedienen

Conjugations List of Toedienen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikdien toediende toeheb toegediend
jij, je, udient toediende toehebt toegediend
hij, zij, hetdient toediende toeheeft toegediend
wijdienen toedienden toehebben toegediend
julliedienen toedienden toehebben toegediend
zij, zedienen toedienden toehebben toegediend

Presens
Beta

Example presens sentences for Toedienen with some of the pronouns.

  • Ik dien medicatie toe aan de patiënten.
  • Hij dient de vaccinatie toe aan de mensen.
  • Jij dient de juiste dosis toe te passen.
  • Wij dienen het medicijn toe volgens het voorschrift.
  • Zij dienen pijnstillers toe aan de patiënt.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Toedienen with some of the pronouns.

  • Ik diende medicatie toe aan de patiënten.
  • Hij diende de vaccinatie toe aan de mensen.
  • Jij diende de juiste dosis toe.
  • Wij dienden het medicijn toe volgens het voorschrift.
  • Zij dienden pijnstillers toe aan de patiënt.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Toedienen with some of the pronouns.

  • Ik heb medicatie toegediend aan de patiënten.
  • Hij heeft de vaccinatie toegediend aan de mensen.
  • Jij hebt de juiste dosis toegediend.
  • Wij hebben het medicijn toegediend volgens het voorschrift.
  • Zij hebben pijnstillers toegediend aan de patiënt.