vaneenscheuren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | scheur vaneen | scheurde vaneen | heb vaneengescheurd |
jij, je, u | scheurt vaneen | scheurde vaneen | hebt vaneengescheurd |
hij, zij, het | scheurt vaneen | scheurde vaneen | heeft vaneengescheurd |
wij | scheuren vaneen | scheurden vaneen | hebben vaneengescheurd |
jullie | scheuren vaneen | scheurden vaneen | hebben vaneengescheurd |
zij, ze | scheuren vaneen | scheurden vaneen | hebben vaneengescheurd |
PresensBeta
Example presens sentences for Vaneenscheuren with some of the pronouns.
- Ik scheur vaneen tijdens het klussen.
- Jij scheurt vaneen als je te wild danst.
- Hij/zij scheurt vaneen wanneer hij/zij boos is.
- Wij scheuren vaneen bij het openen van de cadeautjes.
- Jullie scheuren vaneen tijdens het spelen van de wedstrijd.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Vaneenscheuren with some of the pronouns.
- Ik scheurde vaneen toen ik aan het rennen was.
- Jij scheurde vaneen tijdens de storm.
- Hij/zij scheurde vaneen terwijl hij/zij het papier verscheurde.
- Wij scheurden vaneen bij het zien van de enge film.
- Jullie scheurden vaneen tijdens het lachen om de grap.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Vaneenscheuren with some of the pronouns.
- Ik ben vaneengescheurd terwijl ik de stof doormidden sneed.
- Jij bent vaneengescheurd tijdens het springen op de trampoline.
- Hij/zij is vaneengescheurd door de krachtige wind.
- Wij zijn vaneengescheurd toen we over de hobbelige weg reden.
- Jullie zijn vaneengescheurd terwijl jullie de verpakking openden.