verdonkeremanen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | verdonkeremaan | verdonkeremaande | heb verdonkeremaand |
jij, je, u | verdonkeremaant | verdonkeremaande | hebt verdonkeremaand |
hij, zij, het | verdonkeremaant | verdonkeremaande | heeft verdonkeremaand |
wij | verdonkeremanen | verdonkeremaanden | hebben verdonkeremaand |
jullie | verdonkeremanen | verdonkeremaanden | hebben verdonkeremaand |
zij, ze | verdonkeremanen | verdonkeremaanden | hebben verdonkeremaand |
PresensBeta
Example presens sentences for Verdonkeremanen with some of the pronouns.
- Ik verdonkeremaan de waarheid.
- Jij verdonkeremaant belangrijke documenten.
- Hij verdonkeremaant de bewijzen.
- Zij verdonkeremaant geld uit de kas.
- Wij verdonkeremanen de sporen van ons misdrijf.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Verdonkeremanen with some of the pronouns.
- Ik verdonkeremaande de waarheid vroeger vaak.
- Jij verdonkeremaande regelmatig belangrijke documenten.
- Hij verdonkeremaande de bewijzen in het verleden.
- Zij verdonkeremaande altijd geld uit de kas.
- Wij verdonkeremaanden vroeger vaak de sporen van ons misdrijf.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Verdonkeremanen with some of the pronouns.
- Ik heb de waarheid verdonkeremaand.
- Jij hebt belangrijke documenten verdonkeremaand.
- Hij heeft de bewijzen verdonkeremaand.
- Zij heeft geld uit de kas verdonkeremaand.
- Wij hebben de sporen van ons misdrijf verdonkeremaand.