verglazen

Conjugations List of Verglazen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikverglaasverglaasdeheb verglaasd
jij, je, uverglaastverglaasdehebt verglaasd
hij, zij, hetverglaastverglaasdeheeft verglaasd
wijverglazenverglaasdenhebben verglaasd
jullieverglazenverglaasdenhebben verglaasd
zij, zeverglazenverglaasdenhebben verglaasd

Presens

Example presens sentences for Verglazen with some of the pronouns.

  • Ik verglaz
  • Jij verglazt
  • Hij/Zij/Het verglazt
  • Wij verglazen
  • Jullie verglazen

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Verglazen with some of the pronouns.

  • Ik verglaasde
  • Jij verglaasde
  • Hij/Zij/Het verglaasde
  • Wij verglaasden
  • Jullie verglaasden

Perfectum

Example perfectum sentences for Verglazen with some of the pronouns.

  • Ik heb verglaasd
  • Jij hebt verglaasd
  • Hij/Zij/Het heeft verglaasd
  • Wij hebben verglaasd
  • Jullie hebben verglaasd