verglijden

Conjugations List of Verglijden.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikverglijdvergleedben vergleden
jij, je, uverglijdtvergleedbent vergleden
hij, zij, hetverglijdtvergleedis vergleden
wijverglijdenvergledenzijn vergleden
jullieverglijdenvergledenzijn vergleden
zij, zeverglijdenvergledenzijn vergleden

Presens
Beta

Example presens sentences for Verglijden with some of the pronouns.

  • Ik verglijd over het ijs in het park.
  • Jij verglijdt moeiteloos langs de glijbaan.
  • Hij verglijdt naar beneden op zijn schaatsen.
  • Zij verglijdt elegant over het podium tijdens haar optreden.
  • Wij verglijden samen door de stad op onze fietsen.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Verglijden with some of the pronouns.

  • Ik gleed over het ijs in het park.
  • Jij gleed moeiteloos langs de glijbaan.
  • Hij gleed naar beneden op zijn schaatsen.
  • Zij gleed elegant over het podium tijdens haar optreden.
  • Wij gleden samen door de stad op onze fietsen.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Verglijden with some of the pronouns.

  • Ik ben over het ijs vergleden in het park.
  • Jij bent moeiteloos langs de glijbaan vergleden.
  • Hij is naar beneden vergleden op zijn schaatsen.
  • Zij is elegant over het podium vergleden tijdens haar optreden.
  • Wij zijn samen door de stad vergleden op onze fietsen.