vermeesteren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | vermeester | vermeesterde | heb vermeesterd |
jij, je, u | vermeestert | vermeesterde | hebt vermeesterd |
hij, zij, het | vermeestert | vermeesterde | heeft vermeesterd |
wij | vermeesteren | vermeesterden | hebben vermeesterd |
jullie | vermeesteren | vermeesterden | hebben vermeesterd |
zij, ze | vermeesteren | vermeesterden | hebben vermeesterd |
PresensBeta
Example presens sentences for Vermeesteren with some of the pronouns.
- Ik vermeester
- Jij vermeestert
- Hij/Zij/Het vermeestert
- Wij vermeesteren
- Jullie vermeesteren
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Vermeesteren with some of the pronouns.
- Ik vermeesterde
- Jij vermeesterde
- Hij/Zij/Het vermeesterde
- Wij vermeesterden
- Jullie vermeesterden
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Vermeesteren with some of the pronouns.
- Ik heb vermeesterd
- Jij hebt vermeesterd
- Hij/Zij/Het heeft vermeesterd
- Wij hebben vermeesterd
- Jullie hebben vermeesterd