verschijnen

Conjugations List of Verschijnen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikverschijnverscheenben verschenen
jij, je, uverschijntverscheenbent verschenen
hij, zij, hetverschijntverscheenis verschenen
wijverschijnenverschenenzijn verschenen
jullieverschijnenverschenenzijn verschenen
zij, zeverschijnenverschenenzijn verschenen

Presens

Example presens sentences for Verschijnen with some of the pronouns.

  • Ik verschijn regelmatig op televisie.
  • Mijn vriendin verschijnt vaak in krantenartikelen.
  • Jij verschijnt zelden op feestjes.
  • Hij verschijnt binnenkort in een nieuwe film.
  • Wij verschijnen elke ochtend vroeg op het werk.

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Verschijnen with some of the pronouns.

  • Vroeger verscheen ik regelmatig in tijdschriften.
  • Toen ik jong was, verscheen ik in vele schooltoneelstukken.
  • Hij verscheen altijd op tijd voor de vergaderingen.
  • Zij verschenen plotseling op het podium.
  • Wij verschenen vorige week in de lokale krant.

Perfectum

Example perfectum sentences for Verschijnen with some of the pronouns.

  • Ik ben gisteren verschenen in een radioprogramma.
  • De acteur is al meerdere keren in films verschenen.
  • Heb jij ooit als gast verschenen op een talkshow?
  • Zij zijn recentelijk in de media verschenen.
  • Wij zijn net op het toneel verschenen.