definiëren

Conjugations List of Definiëren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikdefinieerdefinieerdeheb gedefinieerd
jij, je, udefinieertdefinieerdehebt gedefinieerd
hij, zij, hetdefinieertdefinieerdeheeft gedefinieerd
wijdefiniërendefinieerdenhebben gedefinieerd
julliedefiniërendefinieerdenhebben gedefinieerd
zij, zedefiniërendefinieerdenhebben gedefinieerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Definiëren with some of the pronouns.

  • Ik definieer de term 'duurzaamheid' als het vermogen om in de behoeften van de huidige generatie te voorzien zonder de mogelijkheden van toekomstige generaties in gevaar te brengen.
  • Jij definieert kwaliteit als een belangrijk aspect van ons product.
  • Hij definieert succes als het bereiken van gestelde doelen.
  • Wij definiëren teamwork als samenwerking en synergie tussen teamleden.
  • Zij definiëren schoonheid als iets subjectiefs en persoonlijks.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Definiëren with some of the pronouns.

  • Vroeger definieerde men rijkdom vooral in termen van materiële bezittingen.
  • Toen ik jong was, definieerde ik succes als het hebben van veel geld.
  • Hij definieerde vriendschap als onvoorwaardelijke steun en loyaliteit.
  • In die tijd definieerden we geluk simpelweg als afwezigheid van pijn.
  • Zij definieerden schoonheid volgens de traditionele normen van die tijd.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Definiëren with some of the pronouns.

  • Ik heb de term 'definitie' gedefinieerd als een nauwkeurige beschrijving van de betekenis van een woord of begrip.
  • Jij hebt jouw doelen duidelijk gedefinieerd om succes te behalen.
  • Hij heeft zijn filosofie over geluk gedefinieerd in zijn recente boek.
  • Wij hebben de kernwaarden van ons bedrijf helder gedefinieerd.
  • Zij hebben de richtlijnen voor veiligheid zorgvuldig gedefinieerd.