verstempelen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | verstempel | verstempelde | heb verstempeld |
jij, je, u | verstempelt | verstempelde | hebt verstempeld |
hij, zij, het | verstempelt | verstempelde | heeft verstempeld |
wij | verstempelen | verstempelden | hebben verstempeld |
jullie | verstempelen | verstempelden | hebben verstempeld |
zij, ze | verstempelen | verstempelden | hebben verstempeld |
PresensBeta
Example presens sentences for Verstempelen with some of the pronouns.
- Ik verstempel de documenten dagelijks.
- Jij verstempelt de brieven zorgvuldig.
- Hij/Zij/Het verstempelt de pakketten snel.
- Wij verstempelen de formulieren nauwkeurig.
- Jullie verstempelen de facturen efficiënt.
- Zij verstempelen de contracten grondig.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Verstempelen with some of the pronouns.
- Ik verstempelde de documenten elke dag.
- Jij verstempelde de brieven vroeger met de hand.
- Hij/Zij/Het verstempelde de pakketten altijd op tijd.
- Wij verstempelden de formulieren zorgvuldig in het verleden.
- Jullie verstempelden de facturen vlot en accuraat.
- Zij verstempelden de contracten regelmatig voorheen.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Verstempelen with some of the pronouns.
- Ik heb de documenten verstempeld.
- Jij hebt de brieven zorgvuldig verstempeld.
- Hij/Zij/Het heeft de pakketten snel verstempeld.
- Wij hebben de formulieren nauwkeurig verstempeld.
- Jullie hebben de facturen efficiënt verstempeld.
- Zij hebben de contracten grondig verstempeld.