verstoken
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | verstook | verstookte | heb verstookt |
jij, je, u | verstookt | verstookte | hebt verstookt |
hij, zij, het | verstookt | verstookte | heeft verstookt |
wij | verstoken | verstookten | hebben verstookt |
jullie | verstoken | verstookten | hebben verstookt |
zij, ze | verstoken | verstookten | hebben verstookt |
PresensBeta
Example presens sentences for Verstoken with some of the pronouns.
- Ik verstook hout om mijn huis te verwarmen.
- Jij verstookt veel energie door het licht onnodig aan te laten.
- Hij/zij verstoort de rust in de buurt met luide muziek.
- Wij verstoken gas om ons eten te koken.
- Jullie verstoken tijd door constant op je telefoon te zitten.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Verstoken with some of the pronouns.
- Vroeger verstookte ik hout om mijn huis te verwarmen.
- Toen verstookte jij veel energie door het licht onnodig aan te laten.
- Hij/zij verstoorde de rust in de buurt met luide muziek.
- Vroeger verstookten wij gas om ons eten te koken.
- Toen verstookten jullie tijd door constant op je telefoon te zitten.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Verstoken with some of the pronouns.
- Ik heb hout verstookt om mijn huis te verwarmen.
- Jij hebt veel energie verstookt door het licht onnodig aan te laten.
- Hij/zij heeft de rust in de buurt verstoord met luide muziek.
- Wij hebben gas verstookt om ons eten te koken.
- Jullie hebben tijd verstookt door constant op je telefoon te zitten.