vertekenen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | verteken | vertekende | heb vertekend |
jij, je, u | vertekent | vertekende | hebt vertekend |
hij, zij, het | vertekent | vertekende | heeft vertekend |
wij | vertekenen | vertekenden | hebben vertekend |
jullie | vertekenen | vertekenden | hebben vertekend |
zij, ze | vertekenen | vertekenden | hebben vertekend |
PresensBeta
Example presens sentences for Vertekenen with some of the pronouns.
- Ik verteken het landschap met mijn penseel.
- Jij vertekent de werkelijkheid met je woorden.
- Hij/zij/het vertekent de feiten om zijn/haar eigen agenda te dienen.
- Wij vertekenen de kaart van de stad voor onze presentatie.
- Jullie vertekenen de situatie door belangrijke details weg te laten.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Vertekenen with some of the pronouns.
- Vroeger vertekende ik altijd mijn tekeningen omdat ik onzeker was.
- Toen ik jonger was, vertekende ik vaak de realiteit in mijn verhalen.
- Hij/zij/het vertekende regelmatig de gebeurtenissen om zijn/haar eigen verhaal spannender te maken.
- In die periode vertekenden wij soms de feiten om conflicten te vermijden.
- Jullie vertekenden vroeger vaak de waarheid om straf te ontlopen.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Vertekenen with some of the pronouns.
- Ik heb het beeld vertekend om een abstract effect te creëren.
- Jij hebt de grafiek vertekend door de schaal verkeerd weer te geven.
- Hij/zij/het heeft de waarheid vertekend in zijn/haar verslag.
- Wij hebben de cijfers vertekend om een positiever beeld te presenteren.
- Jullie hebben de resultaten vertekend door selectieve informatie te gebruiken.