vertwijfelen

Conjugations List of Vertwijfelen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikvertwijfelvertwijfeldeheb vertwijfeld
jij, je, uvertwijfeltvertwijfeldehebt vertwijfeld
hij, zij, hetvertwijfeltvertwijfeldeheeft vertwijfeld
wijvertwijfelenvertwijfeldenhebben vertwijfeld
jullievertwijfelenvertwijfeldenhebben vertwijfeld
zij, zevertwijfelenvertwijfeldenhebben vertwijfeld

Presens
Beta

Example presens sentences for Vertwijfelen with some of the pronouns.

  • Ik vertwijfel over mijn keuze.
  • Jij vertwijfelt vaak over kleine dingen.
  • Hij vertwijfelt of hij de juiste beslissing heeft genomen.
  • Wij vertwijfelen over de toekomst.
  • Zij vertwijfelen over het nut van deze cursus.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Vertwijfelen with some of the pronouns.

  • Ik twijfelde altijd aan mezelf toen ik jonger was.
  • Jij twijfelde vaak aan de woorden van je vrienden.
  • Hij twijfelde of hij het juiste cadeau had gekocht.
  • Wij twijfelden over de beste aanpak voor dit probleem.
  • Zij twijfelden over de betrouwbaarheid van de verkoper.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Vertwijfelen with some of the pronouns.

  • Ik heb getwijfeld voordat ik mijn baan opzegde.
  • Jij hebt getwijfeld of je moest meegaan.
  • Hij heeft getwijfeld over zijn studiekeuze.
  • Wij hebben getwijfeld of we op vakantie zouden gaan.
  • Zij hebben getwijfeld voordat ze hun huis verkochten.