verveelvoudigen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | verveelvoudig | verveelvoudigde | heb verveelvoudigd |
jij, je, u | verveelvoudigt | verveelvoudigde | hebt verveelvoudigd |
hij, zij, het | verveelvoudigt | verveelvoudigde | heeft verveelvoudigd |
wij | verveelvoudigen | verveelvoudigden | hebben verveelvoudigd |
jullie | verveelvoudigen | verveelvoudigden | hebben verveelvoudigd |
zij, ze | verveelvoudigen | verveelvoudigden | hebben verveelvoudigd |
PresensBeta
Example presens sentences for Verveelvoudigen with some of the pronouns.
- Ik verveelvoudig de getallen om een complex probleem op te lossen.
- Jij verveelvoudigt je inspanningen om succes te behalen.
- Hij verveelvoudigt zijn winst door slimme investeringen.
- Wij verveelvoudigen onze inzet om het doel te bereiken.
- Zij verveelvoudigen hun productie om aan de vraag te voldoen.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Verveelvoudigen with some of the pronouns.
- Ik verveelvoudigde de getallen om het probleem op te lossen.
- Jij verveelvoudigde je inspanningen om succes te behalen.
- Hij verveelvoudigde zijn winst door slim te investeren.
- Wij verveelvoudigden onze inzet om het doel te bereiken.
- Zij verveelvoudigden hun productie om aan de vraag te voldoen.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Verveelvoudigen with some of the pronouns.
- Ik heb de getallen verveelvoudigd om het probleem op te lossen.
- Jij hebt je inspanningen verveelvoudigd en bent nu succesvol.
- Hij heeft zijn winst verveelvoudigd door slim te investeren.
- Wij hebben onze inzet verveelvoudigd en het doel bereikt.
- Zij hebben hun productie verveelvoudigd om aan de vraag te voldoen.