verzwieren

Conjugations List of Verzwieren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikverzwierverzwierdeheb verzwierd
jij, je, uverzwiertverzwierdehebt verzwierd
hij, zij, hetverzwiertverzwierdeheeft verzwierd
wijverzwierenverzwierdenhebben verzwierd
jullieverzwierenverzwierdenhebben verzwierd
zij, zeverzwierenverzwierdenhebben verzwierd

Presens
Beta

Example presens sentences for Verzwieren with some of the pronouns.

  • Ik verzwiert
  • Jij zwieert ver
  • Hij/Zij/Het zwieert ver
  • Wij zwieren ver
  • Jullie zwieren ver

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Verzwieren with some of the pronouns.

  • Ik zwierde ver
  • Jij zwierde ver
  • Hij/Zij/Het zwierde ver
  • Wij zwierden ver
  • Jullie zwierden ver

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Verzwieren with some of the pronouns.

  • Ik heb verzwierd
  • Jij hebt verzwierd
  • Hij/Zij/Het heeft verzwierd
  • Wij hebben verzwierd
  • Jullie hebben verzwierd