vilten

Conjugations List of Vilten.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikviltviltteheb gevilt
jij, je, uviltvilttehebt gevilt
hij, zij, hetviltviltteheeft gevilt
wijviltenvilttenhebben gevilt
jullieviltenvilttenhebben gevilt
zij, zeviltenvilttenhebben gevilt

Presens
Beta

Example presens sentences for Vilten with some of the pronouns.

  • Ik vilt een mooie tas.
  • Jij vilt een kleurrijk schilderij.